Inleiding tot modale werkwoorden (kunnen, mogen)
Vaardigheid & Mogelijkheid
Wat zijn modale werkwoorden?
Modale werkwoorden zijn speciale hulpwerkwoorden in het Engels. Ze worden gebruikt met een hoofdwerkwoord om ideeën uit te drukken zoals vaardigheid, mogelijkheid, toestemming of verzoeken. Ze zijn gemakkelijk te gebruiken. Je gebruikt ze altijd met een ander hoofdwerkwoord. Vandaag leren we can, could, may, en might voor vaardigheid en mogelijkheid.
‘Can’ en ‘Could’ voor vaardigheid
’Can’ voor huidige vaardigheid
We gebruiken ‘can’ om te praten over een algemene vaardigheid of iets wat je in het heden kunt doen.
‘Could’ voor vaardigheid in het verleden
We gebruiken ‘could’ om te praten over een algemene vaardigheid die je in het verleden had.
Let op: Om te zeggen dat je iets niet kon doen, gebruik je ‘could not’ of de verkorte vorm ‘couldn’t’.
‘May’ en ‘Might’ voor mogelijkheid
’May’ voor een mogelijke toekomstige gebeurtenis
We gebruiken ‘may’ om te zeggen dat iets in de toekomst mogelijk is. Het zou kunnen gebeuren.
‘Might’ voor een minder zekere mogelijkheid
We gebruiken ‘might’ om te zeggen dat iets mogelijk is, maar we zijn er minder zeker van.
Tip: In het dagelijks spraakgebruik worden ‘may’ en ‘might’ vaak op dezelfde manier gebruikt. Maar ‘might’ kan laten zien dat je een beetje minder zeker bent.
Samenvatting: Can, Could, May, Might
Laten we onthouden:
- Can/Could → Voor vaardigheid (wat je nu of in het verleden kunt doen)
- May/Might → Voor mogelijkheid (iets dat nu of in de toekomst mogelijk is)
Oefening
Test je begrip met deze zinnen. Kies het juiste modale werkwoord:
- “She ____ speak French when she lived in Paris.” (could/can)
- “They ____ visit us next weekend, but they are not sure.” (may/might)
(Antwoorden: 1. could, 2. might)